opc_loader

Wensenlijst

 

Gratis bezorgd in heel Vlaanderen - alle prijzen zijn inclusief levering aan huis/stal.

 

Grasgroei en suikergehalte in het gras.

Grasgroei en suikergehalte in het gras.

Grasgroei en suikergehalte in het gras. 

Gras is gras, zou je denken. Helaas is dit niet het geval. Gras kan een hoog gehalte aan suikers bevatten, wat een gevaar kan opleveren voor de gezondheid van een paard. In de afgelopen jaren zijn paardenhouders zich meer bewust geworden van de noodzaak om aandacht te besteden aan het suikergehalte in weidegras en hooi. Voornamelijk paarden die extreem gevoelig zijn voor hoefbevangenheid kunnen hier baat bij hebben. 
 

Grassen produceren overdag suiker met behulp van CO2, water en energie van de zon via fotosynthese. Gedurende de dag wordt de geproduceerde suiker omgezet in vezels voor celwanden en gebruikt als energiebron voor andere noodzakelijke levensprocessen van de plant. Over het algemeen wordt het grootste gedeelte van de suiker verbruikt en bevat het gras tijdens de nacht nog maar nauwelijks suiker. 
 

Maar in het vroege voorjaar is het doorgaans ‘s nachts nog koud. Daardoor stagneert het stofwisselingsproces in het gras, worden de suikers (glucose, sucrose en fructose) niet volledig omgezet en blijven deze dus onverwerkt in het gras zitten. De volgende dag komen hier weer nieuw gevormde suikers bij. Zo wordt het suikergehalte in het gras dus steeds hoger. In de herfst gebeurt dit met de toenemende koudere nachten ook weer, dus ook dan moet je oppassen. 
 

Wanneer beweiden?
Er zijn variaties in suikerniveaus, zowel dagelijkse, seizoensgebonden, maar ook regionale verschillen.
Het suikergehalte in gras is in het voorjaar het hoogst, wanneer het gras het hardste groeit. Maar ook in het najaar kan door regen flinke groei plaatsvinden. Dit is echter minder drastisch dan in het voorjaar.

Het veiligste moment van de dag om te beweiden is normaal gesproken vroeg in de ochtend. Geadviseerd wordt om ‘risico’ paarden vroeg in de ochtend te beweiden, bijvoorbeeld tussen 5:00 en 10:00 uur. Paarden die gevoelig zijn voor suikers kunnen ’s middags veel gevaar lopen. Een uitzondering hierop is tijdens nachten met stressfactoren voor de plant. Als het ’s nachts koud is, kan het gras niet veel groeien. Na een nacht met vorst kan de suikerniveau nog steeds hoog zijn, omdat de geproduceerde suikers niet verbruikt worden. In een stresssituatie, zoals droogte, extreme hitte, of nachtvorst kunnen de suikers die geproduceerd worden niet omgezet worden in vezels voor groei en blijven de suikergehalte in de plant relatief hoog. Dan bevat het gras in de ochtend nog veel suikers en zou ’s middags beweiden minder risico geven.

Paardeneigenaren moeten het weidemanagement dus baseren op basis van het weer en de grasgroei. In perioden waarin de plant in de groei wordt belemmerd is extra aandacht gewenst, bijvoorbeeld droogte door hitte en te weinig water of te lage temperaturen zoals nachtvorst.  Grassen die vooral in koude klimaten of seizoenen gedijen kunnen de suikers zo nodig opslaan in de vorm van fructanen. Als de omstandigheden weer verbeteren worden de suikers weer vrijgemaakt zodat het gras verder kan groeien. Dit proces kan de hele dag plaatsvinden. Bij vorst bijvoorbeeld worden suikers weer omgezet in fructaan dat de grassen beschermt tegen bevriezing.
 

Fructaangehalte in het gras
Ook fructaan is een bouwstof, geproduceerd onder invloed van zonlicht, die het gras gebruikt om te groeien. Fructaan werkt daarnaast ook als een natuurlijke bescherming tegen vorst. Hierdoor kan het fructaangehalte fors oplopen als de temperatuur onder de 5 C° zakt. Als het gras op bepaalde momenten niet kan groeien, loopt de fructaanproductie nog wel (onder invloed van zonlicht) door. De grasplant kan suikers namelijk omzetten in fructaan ten behoeve van een energievoorraad voor overleving in mindere tijden en snelle opstart wanneer de omstandigheden weer gunstig zijn. Bij stress als droogte (te weinig water), tekort aan voedingsstoffen, kort afgrazen en betreding zal het gras dan ook meer fructaan aanmaken. Fructaan wordt meer in de stengel opgeslagen en suiker meer in het blad. Hierdoor kan zeer kort gras nog veel fructaan bevatten.
 

Fructanen zijn korte ketens van een molecuul genaamd fructose, die niet in de maag of dunne darm kunnen worden afgebroken. In plaats daarvan moeten ze fermenteren (gisten) in de dikke darm. Grote hoeveelheden fructaan kunnen sommige paarden niet verdragen, wat kan resulteren in koliek of hoefbevangenheid.

De hoeveelheid fructaan in gras is afhankelijk van het soort gras, het tijdstip, het seizoen en zelfs van welk deel van het gras wordt gegeten; de blaadjes of de stam. Zo kan het dus veel verschil maken of je je paard op het midden van de dag of ’s ochtends vroeg laat grazen. De volgende overwegingen zijn belangrijk wanneer je je paard met gevoeligheid voor suiker laat grazen:
 

1. Snelle groei

De hoeveelheden fructaan in gras is hoger in periodes waarin het gras hard groeit. In het voorjaar en na heftige regenval na een hittegolf is het verstandig om het grazen te minimaliseren of een graasmasker te gebruiken om zo de fructaan inname zo laag mogelijk te houden.

2. Overbegrazing
De stengels van gras bevatten in de regel meer fructaan dan de bladeren. Vermijd daarom overbegrazing van de weide, zodat paarden de stengels niet hoeven te eten die dicht bij de grond zitten. Weiland rotatie of strookbegrazing kan hierbij helpen.

3. Gestrest gras
Overbelaste gestreste planten produceren meer fructaan dan planten die geen problemen hebben met overleven. Droogte en een slechte bodemgesteldheid (zoals een hoog zoutgehalte of te weinig bemesting) zijn factoren waar gras slecht tegen kan, dus met deze omstandigheden dient het grazen beter beperkt worden.

4.'s Morgens of ’s avonds beweiden
Fructanen worden overdag geproduceerd in de bladeren van het gras. Om de inname van fructose-rijk blad te minimaliseren is het beter om paarden in de vroege ochtend (voor 10:00 uur) of later in de avond (na 20:00 uur) te laten grazen Let er wel op dat er op deze momenten veel muggen zijn.

Denk eraan dat dit niet voor alle paarden een probleem is alleen de gevoelige paarden hebben extra aandacht nodig.

 

Vertering van suikers en fructaan
Bij de overgang van stal naar weide en in de winter van weide naar stal verandert het rantsoen van je paard: van hooi en kuilvoer naar toegang tot vers gras en vv. Het kost tijd voordat het verteringsstelsel van je paard zich hierop heeft aangepast (o.a. enzymproductie in de dikke darm en bacterieflora in de dunne darm). Het paard verteert suiker (glucose) en fructaan op een andere manier.

Suiker wordt afgebroken door enzymen in de dunne darm, waarna het in het bloed wordt opgenomen, waardoor de suikerspiegel in het bloed stijgt. De alvleesklier produceert vervolgens insuline om de glucose van het bloed naar de weefsels te geleiden. Een hoge suikeropname kan bij paarden met insulineresistentie zorgen voor een abnormale reactie van insuline, welke weer hoefbevangenheid kan veroorzaken.

Fructaan wordt door bacteriën in de blinde - en dikke darm omgezet. Hierbij ontstaat melkzuur, dat weer een voedselbron is voor andere bacteriën. Als de darmen van het paard nog niet gewend zijn aan fructaan dan kan een hoge fructaan opname tot verzuring van de darminhoud leiden. ‘Goede bacteriën gaan dood waardoor er gifstoffen in het bloed terecht kunnen komen, wat kan leiden tot hoefbevangenheid. De verzuring kan ook zorgen voor een verstoring van de stofwisseling met koliek en/of diarree tot gevolg.

Het is begrijpelijk dat alleen suiker en zetmeel laag voeren van krachtvoer niet voldoende is aangezien de paarden ook via gras en hooi (komt ook van de weide) nog aardig wat binnen kunnen krijgen.

Ik ben dan ook heel blij dat velen de weg al hebben gevonden om bij voervragen ons te consulteren zodat we samen naar een goede veilige manier van voeren kunnen komen.

Tot slot nog een klein weetje: uit onderzoek is gebleken dat gras gelegen in schaduw minder suiker bevat dan gras vol in de zon. Dit is eigenlijk ook logisch aangezien zonlicht nodig is voor de productie van suiker. Paarden blijken echter een voorkeur te hebben voor het eten van gras dat in het zonlicht groeit. Waarschijnlijk vinden paarden dit gras lekkerder, omdat het zoeter is. Grazen in de schaduw had dus een praktische oplossing kunnen zijn om de suikeropname te verlagen. Maar zo lang je paard de keus heeft om in de zon te gaan grazen zal dit niet werken. 

Heb je nog vragen? Dan staan wij altijd voor je klaar!


Terug

Reacties

Er moet ingelogd worden voordat u een reactie kunt plaatsen. Uw reactie zal worden geplaatst zodra deze is goedgekeurd.